Vandaag precies een jaar geleden was het kabinet Rutte een
feit. In de zomer van 2010 had Femke Halsema desgevraagd nog gemeld dat een
progressieve regering er nog steeds in zat met de woorden: it ain’t over till the
fat lady sings. Men begreep wat ze bedoelde en het bewuste kabinet kwam er
niet. Waar nu komt haar quote vandaan en wat betekent het nu?
De betekenis is in feite dat men niet moet speculeren over
de uitkomst van bepaalde activiteiten tot deze echt afgelopen zijn. Het is pas
voorbij als het afgelopen is.
Het wordt toegeschreven aan de sportverslaggever Dan Cook,
die deze in april 1978 gebruikte na de eerste basketbal wedstrijd tussen de San Antonio Spurs en de Washington Bullets, om aan te geven dat
hoewel de Spurs al eens gewonnen hadden, de series nog niet over waren. Hij zei letterlijk: “The opera ain’t
over till the fat lady sings.” Dit is een duidelijke aanwijzing dat we
de herkomst van deze uitdrukking in de opera moeten zoeken. (In The Yale Book of Quotations staat de zin
trouwens al vermeld in – ook al – een sportverslag in de Dallas Morning News uit 1976). Men gaat er vanuit dat de opera
cyclus Der Ring des Nibelungen (première
1876) van Richard Wagner (1813-1883) het meest geschikt is voor de uitdrukking.
De cyclus bestaat uit vier opera’s, drie ervan van meer dan gemiddelde lengte,
uit te voeren op vier achtereenvolgende avonden, 19 uur muziek – pauzes niet
meegerekend – in totaal. Het verhaal (libretto), gebaseerd op de Edda en andere
sagen over goden en helden, kent heel veel personages (inclusief dwergen en een
draak), ingewikkelde intriges en talloze monologen waarin de handeling wordt
stilgelegd en het voorafgaande nog eens wordt herhaald. Aan het eind van de
vierde avond, na ruim vier uur muziek, is het dan eindelijk zover dat Brünhilde
aan haar laatste aria begint (een minuut of tien) waarin zij haar zojuist
vermoorde minnaar Siegfried beweent en zich voor hem te paard in de vlammen
(brandstapel) stort. Daarna overstroomt de Rijn (daar heeft het zich zo
ongeveer allemaal afgespeeld), gaat het kasteel van de goden (Walhalla) in
vlammen op, maar is ook het einde van de wereld en de mensheid daar, althans de
oude wereld gebaseerd op geldelijk gewin. De oude Richard had zijn opera’s
gebaseerd op filosofen als Feuerbach en Schopenhauer en de oude anarchist
Bakunin. En de dames die de rol van Brünhilde sindsdien gezongen hebben, waren
in het algemeen niet bepaald slank en de spreekwoordelijke operazangeres als dikke
dame met blonde vlechten en helm met vleugels (ja zelfs met Viking horens) was
geboren. Met andere woorden: als de dikke dame gaat zingen – ook al heeft ze
dat de afgelopen uren voortdurend gedaan – dan is het pas echt afgelopen.
Hieronder het beruchte einde in een enscenering van de vierde opera van de Ring des Nibelungen, Götterdämmerung, van Harry Kupfer, dirigent Daniel Barenboim, Brünhilde is Anne Evans (en niet dik), vanuit Bayreuth, 1992.
Hieronder het beruchte einde in een enscenering van de vierde opera van de Ring des Nibelungen, Götterdämmerung, van Harry Kupfer, dirigent Daniel Barenboim, Brünhilde is Anne Evans (en niet dik), vanuit Bayreuth, 1992.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten